In de aanloop naar Mahler's honderdste sterfdag, 18 mei 2011, vertaalde ik zijn belangrijkste vocale werken. Een hele klus, vooral omdat hij zich niet zo makkelijk liet vertalen. Niet alleen kreeg elk woord een muzikale lading mee, ook vele klanken zaten muurvast aan het origineel. Van een oe-klank gedragen door celli, kun je niet ineens een a maken.
Als Urlicht begint met 'O Röslein Rot", dan gaat op die o van Rot de bloem open. En dat heb je met 'O Roosje Rood' niet. En de roos als symbool voor troosteres Maria ontgaat ons ook. Toch wint Mahler voor mij enorm met het slechten van de taalbarrière. Ook de muzikale humor van Hoog IQ en Vissenmis hoor je beter als de tekst meteen in de juiste richting wijst. Ik heb wel eens een dame zo smartelijk 'Kukkuk ist tot' horen zingen, of ze het verlies aan den lijve voelde. Af en toe kon ik Mahler zelfs helpen, want in datzelfde Ablösung im Sommer, wordt Frau Nachtigall geprezen, maar de wijfjes zingen niet, dus dat is bij mij een mannetje.
Toen Mahler bij de Kindertotenlieder de wanhoop van tekstdichter Rückert projecteerde op een mogelijk verlies van zijn eigen kinderen ontstak vrouw Alma in woede, dat was het aanroepen van ongeluk. Ik nam geen risico en had de portretjes van Ernst en Luise als schermafbeelding gezet. Mara dan nog kwam het verdriet razend hart binnen. Het is uitgevoerd door het Matangi Quartet met bariton Maarten Koningsberger , die ook mijn Winterreis deed, maar ik heb daar geen opnames van.
Zelf ging ik op tour met het echtpaar Robbert Muuse en Micha van Weers op zang en piano, met acht liederen Uit de Toverhoorn en de vijf Rückert-Lieder. Gelukkig is het optreden in de Goudse Schouwburg vastgelegd, je vindt de liederen, netjes geknipt zonder applaus, hier op Spotify.
Hoogtepunt voor mij was de uitvoering door het Residentieorkest van Het lied der Aarde, onder leiding van dirigent Jurjen Hempel, met solisten Marcel Beekman en Pieter Hendriks. 'Ik ken dit stuk toch heel goed,' zei iemand na afloop, 'maar het was of ik het voor het eerst hoorde. En dat bedoel ik als compliment.' Het grappigst vond iemand dat er tussen de nummers door werd geklapt, en dat dat eigenlijk heel lekker en logisch was.
Mahlers eerste cyclus, het Lied van een aankomen Meester' heb ik nog nooit gezongen gehoord, maar wie komt het nog. Alle bladmuziek staat of komt in de Rotshop. Wie weet brengt het mensen op ideeën.
Op de komende cd Alle Tijd, heb ik met Jakob Klaasse trouwens zelf net een versie van 'Oerlicht' opgenomen. Mijn stem is niet gebouwd voor dit repertoire, maar als vertaler ben ik toch een halve 'original', en dan mag het. :-)